Winterochtend
Luisterverhaal
Toen ik vanochtend opstond en door het raam keek zag ik dat het vannacht heeft gesneeuwd. Een witte zachte deken ligt over de hele wereld heen. Zelfs op het kleinste grassprietje is het blijven liggen. Ik heb meteen mijn jas aangedaan. Sjaal om, muts op, wanten aan.
​
Nu ben ik buiten. Het is magisch stil. Ademwolken komen uit mijn mond en ik blaas een paar keer lang uit om ernaar te kijken. Ik doe een stap en hoor de sneeuw onder mijn voeten kraken. Jeetje, iedereen slaapt volgens mij nog. Of nee toch niet! Ik zie een spoor van vogelpootjes met drie tenen. Oooh wat lief! Met een groots geluksgevoel ga ik op mijn rug in de sneeuw liggen en beweeg mijn armen en benen over de grond. Dan sta ik op en zie ik de afdruk van een engeltje. Ik lach ernaar en raap met twee handen wat sneeuw op. Hier maak ik een bal van. Die leg ik op de grond en rol het zachtjes heen en weer. Er blijft nieuwe sneeuw aan de bal plakken en ik blijf doorrollen, tot hij zo zwaar is dat het mij niet verder lukt. Hij heeft dan ongeveer de hoogte van mijn middel. Ik maak nog een bal alleen stop ik eerder en til hem vervolgens boven op de andere. Daarna druk ik wat sneeuw in het randje tussen de twee ballen zodat de bovenste er niet af kan rollen.
Ik ren naar de schuur en haal daar wat kolen die ik kan gebruiken als ogen en mond. Ook zie ik bij de groentevoorraad een winterwortel liggen. Ja perfect voor een wortelneus! Ik druk dit alles in de bovenste sneeuwbal. Een vriendelijk gezicht met wortel neus, kolenogen en glimlachende mond kijkt mij aan. Nu nog armen! Ik breek twee takken van het bosje ernaast af en steek ze schuin omhoog in de onderste bal. Om zijn hals bind ik mijn sjaal en op het hoofd zet ik mijn muts. Ik kijk naar mijn werk, omhels hem en zeg: “Welkom lieve vriend de sneeuwpop”. In de verte hoor ik de buurjongens een sneeuwballengevecht houden. Veel geschreeuw, gebrul en gelach. Mijn gebreide wanten zijn zwaar en nat geworden en mijn vingers koud. Ik ga naar binnen en hang alles bij de kachel te drogen. Tevreden kijk ik naar buiten. Daar staat mijn nieuwe vriend vrolijk naar mij te zwaaien en ik zwaai glimlachend terug.
Naar buiten
Wie heeft zich nu nog nooit aan een brandnetel geprikt, een vogel horen fluiten of een vlinder zien vliegen? Allen hebben wij op de een of andere manier ervaringen met dit soort ontmoetingen met de natuur. Het zijn van die typische natuurherinneringen die universeel zijn, of je nu jong bent of oud. Dit bracht Janske Hombergen op het idee een boek te maken met verhalen en foto’s waar iedereen herkenning in kan vinden. Verhalen die herinneringen ophalen en uitnodigen verhalen uit te wisselen.
​
Doe mee!
Vind je het leuk om je eigen herinnering aan de natuur te delen en in te sturen voor deel 2 van Naar buiten? Dat kan!